Het toepassen van palliatieve sedatie is vaak niet genoeg gekend bij de patiënt en diens naasten. De verwarring met euthanasie zorgt geregeld voor gevoelens van onmacht en boosheid.

Bij palliatieve sedatie wordt het bewustzijn van de patiënt verlaagd met specifieke medicatie (vaak in combinatie met andere (pijn)medicatie). Palliatieve sedatie is enkel een optie als de symptomen onbehandelbaar zijn en niet op een andere manier verholpen kunnen worden (refractaire symptomen). Het is een laatste, veilige houvast wanneer andere medicatie of therapieën geen uitkomst meer bieden. Wanneer de patiënt gesedeerd wordt, maakt hij/zij de symptomen niet meer bewust mee en kan hij/zij comfortabel sterven.

Palliatieve sedatie opstarten is enkel mogelijk wanneer de patiënt al terminaal, stervende is, in de laatste dagen of hooguit weken van het leven. 

gert-stockmans-n85taMiq0S4-unsplash

Voorbeeld:

Bij een patiënt met een longtumor die in de terminale fase ernstige ademnood heeft en waarbij de reguliere medicatie ter symptoomcontrole geen effect heeft, kan men het bewustzijn zoveel als nodig verlagen zodat hij/zij het levenseinde comfortabel tegemoet kan gaan.

Een patiënt die palliatief is maar ook nog eet, rondwandelt maar ontzettend angstig is voor het moment van overlijden kan géén palliatieve sedatie krijgen, omdat hij/zij niet in de terminale fase zit.

Palliatieve sedatie is een normale medische handeling van de arts, die dit als de enige weg ziet om comfort te bieden aan de patiënt. Het lichaam zal nog steeds op natuurlijke wijze overlijden. Mogelijk wordt het leven zelfs nog enkele dagen verlengd omdat de patiënt zich minder moet verzetten, minder moet strijden met discomfort. Daarom wordt palliatieve sedatie altijd heel zorgvuldig afgewogen in dialoog met de naasten (en met de patiënt als dit nog mogelijk is). Voor hen is het immers belangrijk om te beseffen dat er nog enige tijd kan overgaan vooraleer hun dierbare komt te sterven. Sommigen vinden dit zwaar om te dragen. Anderen ervaren het als een periode van waken en afscheid nemen.

Palliatieve sedatie is dan ook een vorm van comfortzorg, bedoeld om het sterven draaglijk(er) te maken, niet om het leven vroeger te beëindigen. Dit in tegensteling tot euthanasie, waarbij de arts, op uitdrukkelijk verzoek van de wilsbekwame patiënt, het leven actief zal beëindigen. Anders dan bij euthanasie zijn er geen formulieren nodig. 

Afhankelijk van wat er nodig is om de symptomen onder controle te krijgen, kan palliatieve sedatie licht of diep zijn. Bij lichte sedatie is de patiënt rustig en is hij/zij soms nog in staat om de ogen te openen of te bewegen. Bij diepe sedatie is het bewustzijn van de patiënt zodanig verlaagd dat hij/zij niet of nauwelijks op aanrakingen of aansprekingen zal reageren.

Proportionaliteit staat hierbij centraal. Dat wil zeggen dat er niet meer gesedeerd dient te worden dan nodig voor optimaal comfort. Als iemand al comfort vindt bij een lichte sedatie, dan is het niet nodig om medicatie te geven die hoort bij een diepe sedatie. Medicatie kan doorheen de tijd stelselmatig opgebouwd worden om een continu comfort te behouden.